Visie op leren
ü vertrekken vanuit de leefwereld en de belangstelling van de leerlingen
ü streven naar een sterke band tussen de leerstof en de realiteitsbeleving van de leerlingen
ü plaats voor individuele keuzemogelijkheden en groepsoverleg
ü grote complementaire rol voor de leraar in de didactische verwerking van de leerinhouden en het realiseren van differentiatie
ü leren bekijken op lange termijn
ü leren bevorderen door deelname aan situatie- en cultuurgebonden activiteiten en praktijken, dus maximale inbreng vanuit de leefwereld en de interesses van de leerlingen
Onderwijs dat vertrekt vanuit de leerling
ü leraar luistert actief, bevraagt leerlingen, creëert communicatiemogelijkheden
ü de mondigheid, het positieve zelfbeeld en de motivatie op die manier bevorderen
Omgaan met verschillen
ü Uitgangspunt: onderwijs is niet de leerlingen volproppen met kennis maar het leren van kennis aanwakkeren
ü de leerlingen zijn uniek en dus verschillend
ü de verschillende leerinhouden en werkvormen afstemmen
ü rekening houden met verschillen in leerstijlen
Zelfbeeld en persoonlijkheidsvorming
ü ieder individu moet in de samenleving maximale ontplooiingskansen krijgen
ü een grote weerbaarheid en zelfredzaamheid opbouwen om van jongs af te leren verantwoordelijkheid te dragen
ü een positief zelfbeeld ontwikkelen en zelfmotivatie bevorderen
ü zoveel mogelijk leren door ervaren, door experimenteren, door ontdekken, door zelf beleven en zelf sturen, door het zelf bepalen van keuzes en het aanvaarden van de consequenties ervan
ü gedragsproblemen aanpakken via gesprek, overleg en verwijzing naar de consequenties van de afgesproken regels
ü coöperatief klasklimaat creëren waarin groepswaarden van groter belang zijn dan de strikt individuele
Grote sociale gerichtheid
ü sterke sociale visie
ü samenwerking tussen leerlingen enerzijds en tussen leerlingen en volwassenen anderzijds is de regel en vervangt concurrentiebevorderende werkvormen
ü leren in gemengde groepen
ü heterogeniteit als een meerwaarde: leeftijdsverschillen, verschillen in interesses, aanleg en ontwikkeling, verschillen inzake competenties,….
ü benadrukken van waarden als solidariteit en wederzijds respect
Groepsdynamiek
ü leerlingen zijn lid van de groep en toch een individueel persoon
ü leraar en leerlingen zijn één groep
ü samenwerkingsverbanden creëren tussen leraar en leerlingen , maar ook tussen de leerlingen onderling
ü leerlingen hebben medezeggenschap in de school via kringgesprekken en praatrondes
ü de leerling binnen zijn brede context bekijken, dus ouders zijn partners van de school en hebben recht op een duidelijke plaats in werkgroepen en allerhande overlegmogelijkheden.
Participatie
ü participatie en medezeggenschap leiden tot betrokkenheid en verantwoordelijkheidsbesef ten opzichte van zichzelf en van de groep
ü via leerlingenparticipatie de betrokkenheid en het verantwoordelijkheidsbesef verhogen, maar ook de ruimte van creativiteit, autonomie en teamwork
ü via de ontwikkeling van een dialoogcultuur een positief zelfbeeld creëren en opvoeden tot burgerzin, met respect, verdraagzaamheid, solidariteit en kritische zin tot gevolg
ü deelname van alle betrokkenen dus ook van ouders; zij worden gezien als deskundigen van de eigen kinderen terwijl leraren begrepen worden als deskundigen van de klasgroep en de plaats van de leerling in die groep
Reflectie en zelfevaluatie
ü kritisch, reflectief en creatief onderwijs
ü vele observatie en een goed leerlingvolgsysteem
ü sterk uitgewerkte evaluatiesystemen en zelfevaluatiesystemen, die aanleiding vormen tot overleg met alle betrokkenen (leerling, ouders, andere leraren, externe deskundigen,…)
ü zelfstandig werk, bijdragen aan projecten en leiding van groepsvergaderingen worden geëvalueerd in een rapport
ü evenveel belang hechten aan de sociale ontwikkeling, als aan de groei van de kennis, vaardigheden en attitudes
ü rapporten beogen noch de concurrentie tussen noch de classificatie van leerlingen en zijn daarom bij voorkeur beschrijvend. De cijfers worden uitsluitend diagnostisch aangewend.
ü teamevaluatie
Rol van de leraar
ü leraar als begeleider van het leer- en groeiproces van de leerlingen
ü leraar geeft structuur aan leeractiviteiten en projecten, stelt uitdagende vragen, verstrekt hulp en feedback aan leerlingen waar dat nodig is en houdt rekening met de individuele noden van de leerling
ü aandacht voor probleemoplossende activiteiten, voor reflectie over tussenstappen en eindresultaten
ü leraar blijft aanwezig in het hele leerproces, maar vervult er een coachende functie
ü leraar zet leerlingen aan tot zelfsturend en levenslang leren
ü leraar is opvoeder dus bereid tot luisteren, empatisch, heeft oog voor welbevinden
De school als leerplek
ü bijzondere aandacht voor de materiële uitbouw van de school: inrichting van de lokalen, gangen en open ruimtes, gezelligheid en huiselijke warmte
ü openstaan voor de moderne technologie